Bijna twintig jaar geleden gingen Pierre Creton en Vincent Barré in L’Arc d’iris, souvenir d’un jardin (2006) op zoek naar wilde bloemen in hun natuurlijke omgeving in Noord-India. Na het zien van de film uitte de Britse botanicus Mark Brown, die zijn leven heeft gewijd aan het herscheppen van een oerbos in zijn eigen tuin in Normandië, de wens om met de filmmakers samen te werken aan een soortgelijk project. Sept promenades avec Mark Brown maakt dit idee werkelijkheid, een jaar na Cretons Un Prince (2023), waarin Brown studenten toesprak (waaronder Antoine Pirotte, de jonge cinematograaf van beide films). Deze “fytocentrische roadmovie” is verdeeld in twee delen. Het eerste deel bestaat uit zeven sequenties waarin Brown een kleine groep leidt die op zoek is naar inheemse planten op door menselijke activiteit verlaten plaatsen, terwijl hij zijn ecologische kennis en overtuigingen met hen deelt. Dit digitaal gefilmde deel gaat op organische wijze over in een tweede deel, op 16mm gefilmd, getiteld “Herbarium”, waarin de eerder verzamelde planten en bloemen worden getoond. Het is ontroerend om te zien hoe Creton, wiens oeuvre vaak wordt geassocieerd met digitale beelden, het filmmedium — en daarmee de oorsprong van de cinema — aanboort, zoals planten zich naar het licht keren en bloeien in puur fotochemisch genot. (Antoine Thirion — Viennale)